Schrijvers leggen de dingen vast, daarna spoelen de menselijke hand en de tijd eroverheen. En dan begint het zoeken naar herkenning. Neerlandicus Bert van Dorsten stelde een wandelpad samen langs schrijverslocaties.


Zoeken naar herkenning. Trouw: zaterdag, 29 september 2012
Hinke Hamer

Tot zijn overlijden in 1923, woonde Louis Couperus enkele weken in De Steeg. Bijna dagelijks maakte hij wandelingen in de omgeving van het Gelderse dorp en van elke tocht nam hij een zwerfsteen mee naar huis. Simon Carmiggelt schreef later over Couperus op dat die de zwerfstenen in zijn voortuin neerlegde, zo, dat ze uiteindelijk het woord ‘Vale’ zouden vormen – ‘vaarwel’ in het Latijn. Couperus had te weinig tijd. Toen hij stierf, stond er ‘val’.

Nu, een kleine eeuw later, zijn de stenen weg, net als de voortuin. Ook Couperus’ sterfhuis is verdwenen. Op dezelfde plaats staat nu een nieuw huis, dat tenminste nog dezelfde naam draagt: ’t Sunneke.

Dat zich hier ooit een schrijver bewoog, geeft het gebied betekenis, zegt neerlandicus Bert van Dorsten. De schrijver leefde en woonde hier en legde de streek vast. Daarna spoelden de menselijke hand en de tijd eroverheen en begint, voor hen die na hem komen, het zoeken naar herkenning. In zijn boek Schrijverspad Veluwezoom verzamelde Bert van Dorsten bijna honderd ‘schrijverslocaties’, in het gebied tussen Rhenen en Dieren.

Voorbij Couperus’ sterfhuis, aan de voet van de Posbank, lopen we de Rhederoordse bossen in over een lange, brede laan. Couperus omschreef de bomen aan weerszijden van de laan als ‘stille morgenkathedralen’. Ze staan er nog, de morgenkathedralen. Het bladerdak boven ons hoofd laat nauwelijks zonlicht door.
 
Steeds met de IJssel aan onze rechterhand lopen we voorbij conferentiehotel Rhederoord heuvelafwaarts. Hier, aan de oever van de rivier, stond het bronzen dubbelbeeld van Simon Carmiggelt en zijn vrouw Tiny, tot het in januari van dit jaar werd gestolen. Carmiggelt en zijn vrouw kwamen hier vaak, in de jaren zestig en zeventig. Ze ontvingen gasten als Wim Kan en Gerard Reve en logeerden in De Engel, van waaruit ze een prachtig uitzicht hadden over de IJssel.

De omgeving kroop onder Carmiggelt’s huid en daarmee in zijn werk: in veel van zijn Kronkels refereert hij aan de streek. In ‘We leven nog’ (1963) beschrijft hij het uitzicht over de IJssel: ‘In de weilanden aan de overkant van het water heeft de natuur zo hier en daar een daar knoestige bomen gemorst; een populier rijst er hoog bovenuit, ten hemel schreiend als een hysterische vrouw.’

Hetzelfde uitzicht had Nescio jaren eerder al eens beschreven: ‘Tien minuten voor tienen: de bocht van de IJssel bij De Steeg, de zon spet er uit en de koeien staan weer, wazig, bij het water aan de overkant.’ En even verderop: “Onvergankelijke wereld, halleluja”.

Maar zo onvergankelijk als Nescio vermoedde dat de wereld hier was, bleek die niet. Logement De Engel is niet meer, die moest ruimte maken voor het gemeentehuis. De meanderende IJssel werd verlegd toen hier, begin jaren zeventig, de A348 werd aangelegd. Alleen een dode arm van de rivier is overgebleven, van het bejubelde uitzicht is niet veel meer over.

Om Kasteel Middachten heen en langs Landgoed Avegoor bij Ellecom lopen we verder naar Dieren, het geluid van de A348 op de achtergrond. In Dieren lopen we een flink stuk om, naar de Willem de Feschlaan, op zoek naar een rijtjeshuis in een naamloze buitenwijk. Hier huurde bestsellerauteur Jan Siebelink ooit een zolderkamer, toen hij als jong leraar Frans voor het eerst voor de klas stond. Op diezelfde jaren baseerde de schrijver zijn debuutroman ‘Een lust voor het oog’ (1977). We naderen het plein van de school uit het boek: ‘een langgerekt speelplein, waarop een rij linden stond.’ De school wordt verbouwd, maar de linden staan er nog. We kunnen ons zelfs de hoek voorstellen van waaruit Siebelink ze beschreef.

Dan lopen we naar de oever van de IJssel, waar de veerpont vaart tussen Dieren aan deze kant en Doesburg en Steenderen aan de overzijde. Hier, in het veerhuis, huurde Jeroen Swijgman, hoofdpersoon uit ‘Een lust voor het oog’, een kamertje met balkon. Ook dit veerhuis staat er nog, de vooruitgang heeft nog onvoldoende tijd gehad om het weg te snoepen. Ineens staan we middenin de scène – hier, op de stoep voor het veerhuis – zoals Siebelink die beschreef.

De jonge leraar Jeroen Swijgman spreekt hier met een visser, die hem vertelt dat de veerman dood is:
‘Zomaar dood gebleven. Kon er niet meer tegenop’.
‘Komen er dan helemaal geen passagiers meer?’
vraagt Swijgman aan de visser.
‘Soms’, zegt die.
‘Wie zet ze dan over?’
‘Ik.’

Schrijverspad Veluwezoom
De beschreven wandeling van Rheden naar Dieren is etappe 5 (9,9 kilometer) uit het vorig jaar verschenen boek Schrijverspad Veluwezoom, samengesteld en geschreven door neerlandicus Bert van Dorsten. De totale wandeling over vijf etappes is 70,4 kilometer lang en voert van west naar oost langs een kleine honderd schrijverslocaties aan de zuidkant van de Veluwezoom. Het boek wordt uitgegeven door Brussels Lof en is onder meer te bestellen op de website www.schrijverspad-veluwezoom.nl. Trouw-lezers betalen € 16.95 voor het boek, in plaats van € 19.95. (Bij de betaling s.v.p.
vermelden "Trouwkorting").

Arrangementen
Op aanvraag organiseert Bert van Dorsten lezingen over het Schrijverspad Veluwezoom. Zondagmiddagexcursies organiseert hij morgen (30 september) in Rhenen en op zondag 14 oktober in Wageningen. Ook stelt hij op aanvraag meerdaagse arrangementen samen. Neem voor de mogelijkheden contact op met bertvandorsten@schrijverspad-veluwezoom.nl.

Leesterrassen
Landgoed Avegoor – Hotel of Modern Art is één van de twaalf ‘Leesterrassen’ langs de wandelroute; een plek om neer te strijken met een boek en een kopje koffie (‘met stoelen waarin u het tenminste een uur vol kunt houden’). Trouw-lezers die hier een overnachting boeken ontvangen een kleine attentie.

Oordeel
In Schrijverspad Veluwezoom legt Bert van Dorsten een aantrekkelijke verbinding tussen literatuur en landschap. De wandelingen zijn gevarieerd en zijn boek is goed gedocumenteerd. We begrijpen wel dat het vorig jaar door de organisatie van de Fiets en Wandelbeurs genomineerd werd voor de titel Beste Wandelroutegids van het jaar 2011.

 
 
    Print dit artikel:  Print de arrangementen
 
 
Het originele artikel in Trouw:
Pagina 1.
Pagina 2.